Namen in het landschap

Canadese archieven

‘Namen in het landschap’ focust zich op het aandeel van de Canadese troepen tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het museum wil zoveel mogelijk van de 6.928 vermiste Canadezen wier namen op de Menenpoort in Ieper staan een tastbare plaats in het landschap geven. De Menenpoort is een monumentale herinnering aan meer dan 54.000 militairen die in Vlaanderen vermist raakten. Ze hebben geen (gekend) graf, werden niet geborgen of konden niet positief geïdentificeerd worden. Het museum wil nu de Canadese verhalen ontsluiten en bewaren voor de toekomst. 

Vandaag bezoeken nabestaanden nog steeds de locaties waar hun familielid vocht of sneuvelde. Naast de eigenlijke begraafplaatsen en de monumenten die aan de oorlog herinneren, hebben minder evidente plekken vaak een grote symbolische betekenis. Met name wanneer een familielid geen gekend graf heeft, is het belangrijk om de locatie waar de militair sneuvelde of vermoedelijk werd begraven, zo exact mogelijk te bepalen. Zo kan de familie de plek bezoeken, als een laatste rustplaats. 

Heel concreet wil dit project de namen van deze vermisten verbinden met een tastbare plaats in het landschap. De basis van dit project zijn twee Canadese archiefdelen, de Commonwealth War Graves Registers en de Circumstances of Death Registers. Voor zo ver geweten zijn deze Canadese bronnenreeksen de enige in hun soort. Sinds enkele jaren zijn de bronnen digitaal raadpleegbaar op de website van Library and Archives Canada.

De Commonwealth War Graves Registers bevatten voor elke Canadese gesneuvelde uit de Eerste Wereldoorlog de locatie waar het lichaam werd begraven of op welk gedenkteken hij wordt herdacht. Naast de plaats van herdenking geeft elke fiche een overzicht van de correspondentie met de naoorlogse ontgravingsdiensten en de naaste familie. De documenten bevatten adressen van de familie en werpen dus een licht(je) op de familiale situatie en de herkomst van de militair. 

De Circumstances of Death Registers tonen dan weer informatie over de omstandigheden waarin een Canadese militair sneuvelde. Indien beschikbaar, meldt het document de initiële begraaf- of sterfteplaats van de betrokkene. Deze informatie werd opgesteld op basis van verslagen en getuigenissen van officieren en rapporten van de eenheden die de gesneuvelden begroeven. Hoewel de informatie op deze fiche meestal bondig is, is deze van cruciaal belang. Het is immers de enige informatiebron die relatief gedetailleerd een beeld geeft van hoe individuen aan hun einde kwamen.

Inventarisatie en ontsluiting

Sinds juli 2020 overlopen een projectmedewerker en twee vrijwilligers de reeksen. Ze selecteren alle namen die op de Menenpoort staan en voeren deze in een bestand in. Op basis van de geïnventariseerde militairen kan met zekerheid gesteld worden dat ongeveer 20% van de 6.928 Canadezen een initiële begraafplaats kan toegewezen worden. Dit betekent niet dat (de stoffelijke resten van) die vermiste Canadezen fysiek kunnen teruggevonden worden. Het is namelijk moeilijk in te schatten in hoeverre de gegevens in de genoemde archieven als correct mogen beschouwd worden. Getuigenissen moeten steeds kritisch gelezen worden: er kunnen immers fouten gemaakt zijn bij de plaatsbepaling, het overschrijven van de gegevens en andere slordigheden. Maar zoals gezegd: deze bronnen vormen vaak een laatste spoor. Het zijn de enige geschreven bronnen die per militair, ongeacht rang, een indicatie geven waar iemand verdween of begraven werd.

Online toegankelijkheid 

Het project moet bijdragen aan het onderzoek naar de totstandkoming van de bronnenreeksen en de enorme taak om alle doden een finale rustplaats te geven. 

De belangrijkste realisatie op korte termijn wordt de creatie van online open data. Het museum lanceert een geoportaal waarop het publiek kan zien welke vermiste Canadezen we een initiële begraaf- of  sterfteplaats hebben kunnen toewijzen Het museum wil hiermee de herinnering aan de oorlog bij de lokale bevolking levendig houden. Tussen Ieper en Passendale bleef geen vierkante meter grond gespaard. Een militair kan letterlijk in je achtertuin gesneuveld zijn. Doordat we een naam en verhaal koppelen aan een vertrouwde omgeving, kunnen we mensen aansporen om hun buurt op een andere manier te benaderen en interpreteren. Ook op internationaal vlak willen we bewustwording aanzwengelen. Door de archieven te ontsluiten kunnen familieleden, waar ze ook wonen, op zoek gaan naar het lot van hun in Vlaanderen verdwenen voorvader. 

De gedigitaliseerde gegevens bieden daarnaast ook heel wat bijkomende mogelijkheden tot verder onderzoek. Vooral de cartografische ontsluiting zorgt ervoor dat gerichte analyses mogelijk zijn. Wat is de ruimtelijke spreiding van de genoteerde locaties en waar zijn concentraties waar te nemen? Kunnen deze concentraties vervolgens gelinkt worden aan bepaalde gebeurtenissen of kenmerken van het landschap? Verder kunnen patronen waargenomen worden, zoals verhoudingen tussen het wel of niet noteren van een locatie en kenmerken als sterfdata, eenheid of rang. Ook percentages omtrent de herkomst van de familie kunnen berekend worden. Eens het aanvullend archiefonderzoek is afgerond, worden alle bevindingen en resultaten gebundeld in een wetenschappelijke verhandeling.

Fase twee: participatie

Heel wat elementen uit de missie en de visie van het museum sluiten aan op ‘Namen in het landschap’. Zo worden de bevindingen van dit onderzoek actief uitgedragen, om de nagedachtenis aan alle offers van de Eerste Wereldoorlog te bevorderen. 

In een tweede fase wil het museum streven naar het gebruik van de onderzoeksresultaten in participatieve initiatieven op lokaal, regionaal en internationaal vlak. Op basis van het onderzoek willen we een link maken tussen de Westhoek en het land van herkomst. De bedoeling is om het lokaal bestuur van de laatste woonplaats van de gesneuvelden aan te schrijven. Daarin roepen we op om actief deel te nemen aan de herinnering van de gesneuvelden uit hun gemeente of stad. Daarnaast worden de toenmalige contactadressen van de gesneuvelden, die exact konden worden gelokaliseerd, aangeschreven. Op die manier willen we de huidige bewoners van het huis honderd jaar later betrekken bij dit project en hen de mogelijkheid geven om interactie te stimuleren via het geoportaal. Het museum wil via het geoportaal ook interactie creëren tussen de bevolking van de Westhoek en een groter, buitenlands publiek. De link tussen de gesneuvelden en de locatie staat daarbij centraal. Binnen- en buitenlandse bezoekers zullen daarenboven worden gestimuleerd om de slagvelden in Vlaanderen te bezoeken en de ontelbare persoonlijke verhalen te ontdekken, via digitale applicaties en wandel- en fietsroutes.

Projectresultaten

Verzamelen relevante gegevens

  • Als eerste stap werden alle relevante fiches verzameld en geordend, zodat de inventarisatie vlot en efficiënt verliep. 
  • Digitale archivering: om sneller te kunnen inventariseren en niet afhankelijk te zijn van een webbrowser, was het noodzakelijk om alle fiches van de Library and Archives Canada digitaal beschikbaar te krijgen. We sloten voor het project een memorandum of understanding af met Library and Archives Canada en zij stuurden ons de relevante bronnenreeksen toe.
  • Opschoning en schikken: na ontvangst konden we voor alle 6.928 gesneuvelden de bronnen van de twee relevante bronnenreeksen selecteren en digitaal archiveren.

Inventarisatie

  • Vrijwilligerswerking: om alle info te verwerken werd een vrijwilligerswerking opgesteld en aangestuurd door de projectmedewerker. In samenwerking met de twee vrijwilligers werden alle bovengenoemde gegevens van de 6.928 Canadezen op de Menenpoort verzameld en geïnventariseerd. Het werk van de vrijwilligers werd nagekeken, opgeschoond en geschikt door de medewerker.

Geo-ontsluiting 

  • Ontwikkeling gridstructuur en omzetten data in GIS: de gehanteerde coördinaten geven punten op een loopgravenkaart weer. Om deze locaties te ontsluiten op een hedendaagse kaart moesten deze omgezet worden in X- en Y-coördinaten. De punten werden in een ArcGIS-omgeving aangemaakt als een shapefile met Lambertcoördinaten. Naast dit gisbestand werd een gridstructuur ontwikkeld, geodata die het coördinatensysteem van Britse kaarten omzet i.f.v. een GIS-omgeving.
  • Ontsluiting via digitaal geo-platform: de geïnventariseerde gegevens en de geolocaties werden ten slotte ingevoerd in de personendatabase van het museum, de ‘Passchendaele Archives’. In deze database verzamelt het museum alle persoonlijke verhalen van militairen die sneuvelden tijdens de Slag bij Passendale. Aansluitend werd een geoportaal ontwikkeld, waarop de gegevens uit de database ontsloten worden. Concreet worden de initiële begraafplaatsen van 1.402 ‘vermiste’ Canadezen aangeduid op een hedendaagse kaart. Met de hulp van meemoo werd een bestek uitgeschreven voor de bouw van een geoportaal. De opdracht werd gegund aan de vzw City Beats. De vzw leverde het geoportaal af op 11 augustus 2021. Het portaal is up and running. Toch kozen we ervoor om het geoportaal nog niet publiek toegankelijk te maken.

Onderzoek 

  • Archiefonderzoek en wetenschappelijke verhandeling: de gedigitaliseerde gegevens bieden heel wat bijkomende mogelijkheden tot verder onderzoek. Vooral de cartografische ontsluiting zorgt ervoor dat gerichte analyses mogelijk zijn. Wat is de ruimtelijke spreiding van de genoteerde locaties en waar zijn concentraties waar te nemen? Kunnen deze concentraties vervolgens gelinkt worden aan bepaalde gebeurtenissen of kenmerken van het landschap? Verder kunnen patronen waargenomen worden, zoals verhoudingen tussen het wel of niet noteren van een locatie en kenmerken als sterfdata, eenheid of rang. Ook percentages omtrent de herkomst van de familie kunnen berekend worden. 
  • De projectmedewerker startte meteen na het afronden van de inventarisaties en het omzetten in GIS met verder onderzoek. Eens het aanvullend archiefonderzoek was afgerond, worden alle bevindingen en resultaten gebundeld in een wetenschappelijke verhandeling. 
Partnerorganisaties

Voor het project werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met het In Flanders Fields Museum en werd een memorandum of understanding getekend met Library and Archives Canada.

Praktische info

Looptijd van
Looptijd tot
Organisatienaam
Memorial Museum Passchendaele 1917
Contactpersoon
Simon Augustyn
Adres
Berten Pilstraat 5A
8980 Zonnebeke
Telefoon
051 77 04 41
Financieringsbron(nen)

De totale kost van het project was 100.000 euro. Hiervan werd 29.500 euro gefinancierd met eigen middelen. De rest van het project werd gesubsidieerd door de Vlaamse overheid. 

Andere projecten

Het project Plannen voor de toekomst: ICE (in)begrepen wil een eerste, gezamenlijke stap zetten in ...

Als conservator van het prentenkabinet van het Museum Plantin-Moretus te Antwerpen is Marijke Hellemans sinds ...

Het 18e driejaarlijkse Congres van de International Association of Agricultural Museums vond plaats in Tartu ...