Vliegende start voor het lerend netwerk Erfgoedonderzoek

Persoon voor boekenkast. Foto: Engin Akyurt via Pixabay

In maart trapten we het lerend netwerk over ‘Erfgoed, onderzoek en kennisontwikkeling’ af met een bijdrage van Emily Pringle en François Mairesse. Lees hier meer over onze verdere plannen.

Wat is onderzoek?

De vraag naar onderzoek staat steeds meer centraal bij zowel Vlaamse als internationale erfgoedorganisaties. Wat is of betekent onderzoek in de context van een erfgoedwerking? Wie mag/kan zich in een erfgoedorganisatie als onderzoeker profileren? Hoe verhoudt onderzoek in een erfgoedorganisatie zich tot academisch onderzoek? Wat zijn de voordelen en/of unieke eigenschappen van onderzoek in een erfgoedcontext? Wat is de relatie tussen onderzoek en kennis- of praktijkontwikkeling? ... 

Deze en vele andere vragen leven bij heel wat erfgoedorganisaties en laten zich niet zomaar beantwoorden. Zodra u er begint over na te denken treedt de complexiteit van ‘onderzoek’ naar voren. Niet in het minst omdat het idee of concept van ‘onderzoek’ een specifieke ontstaansgeschiedenis en maatschappelijke inbedding heeft, waarbij het onder meer gaat over het statuut van zowel onderzoek als onderzoeker, machtsverhoudingen en een al dan niet expliciete hiërarchisering van zowel disciplines als methodologieën.

Tijd voor een lerend netwerk

Om wat meer duidelijkheid te scheppen in deze kwesties en om samen met Vlaamse erfgoedwerkers een eerste antwoord te formuleren op enkele van bovenstaande vragen, organiseert FARO dit jaar een lerend netwerk over ‘Erfgoed, onderzoek en kennisontwikkeling’.

We trapten het lerend netwerk af op 10 maart met twee boeiende lezingen over onderzoek in een erfgoedcontext.

  • Emily Pringle, voormalig hoofd van het Learning Department van Tate Londen en auteur van Rethinking research in the Art Museum, beet de spits af met een lezing waarin ze de voornaamste inzichten uit haar boek met ons deelde.
  • Daarna ging François Mairesse, professor museologie aan de Sorbonne in Parijs, via een historische analyse dieper in op de plaats van onderzoek in musea vroeger en nu. Ook raakte hij de kwestie van hiërarchisering van onderzoek en onderzoeksmethoden aan.

Spanning tussen praktijkgebaseerd en collectiegebaseerd onderzoek

Emily Pringle merkte in haar organisatie dat er een hiërarchisch onderscheid werd gemaakt tussen het onderzoek met kunsthistorische collectiefocus en onderzoek met een focus op educatie of publiekswerking of met een nog andere niet-collectiegerelateerde focus. Ze zette er een onderzoek over op en bestudeerde daarbij ook andere casestudies, zoals de Harvard Art Museums, het Irish Museum of Modern Art, Knowle West Media Centre (KWMC) en Trapholt in Denemarken.

Een van de conclusies was dat dit vermeende onderscheid wel degelijk leeft in de organisaties. En dat het gepaard gaat met een onduidelijke bepaling van ‘onderzoek’, waarbij mensen zich vaak ondergewaardeerd voelen over het werk dat ze doen. Een ander probleem is dat museummensen zich nogal eens uitgeput voelen omdat ze zowel onderzoek (willen) doen als verwacht worden een resem andere praktische taken op zich te nemen.

Pringle legde ook uit dat musea het steeds moeilijker hebben om financieel het hoofd boven water te houden. De toenemende focus op publieke toegankelijkheid en participatie is essentieel maar kan leiden tot een spanning met wetenschappelijke taken.

François Mairesse dook in de museumgeschiedenis om een antwoord te geven op de plek van onderzoek in musea. Ook hij beargumenteerde dat de focus van musea vanaf de neoliberale jaren 80 steeds meer verschoof in de richting van publieksgerichte organisaties, die overheidsinkomsten dienden aan te vullen met o.a. inkomsten uit ticketverkoop. Het gevolg is dat er meer werd geïnvesteerd in publieksgerichte activiteiten. Hiernaast ziet Mairesse doorheen de 20e eeuw een verschuiving tussen musea en universiteiten. Terwijl er aan het begin van de 20e eeuw nog heel veel onderzoek gebeurde in musea, meent hij dat universiteiten dit steeds meer zijn gaan overnemen. Mairesse merkte ook op dat ‘onderzoek’ door museum- of erfgoedwetenschappers niet wordt vermeld in de internationale rankings van onderzoek.

Hoe gaat het verder?

Het kick-offevent mocht met 100 deelnemers op veel bijval rekenen. We legden uit dat deelnemen aan het lerend netwerk een engagement zou vragen: deelnemers moeten namelijk bereid zijn om inzichten en visies te delen en de bijeenkomsten mee voor te bereiden en vorm te geven. Uiteindelijk zullen achttien personen, die werken in musea, archieven, erfgoedcellen en dienstverlenende erfgoedorganisaties zich engageren in het lerend netwerk.

Tussen juni 2023 en januari 2024 organiseren we vier bijeenkomsten van het lerend netwerk. We vertrekken daarbij telkens vanuit een praktijkgerichte vraag of kwestie:

  1. Onderzoek en kennisontwikkeling in de interne processen van de werking 
  2. Iedereen onderzoeker?
  3. Hoe kunnen we onderzoeksresultaten delen en valoriseren?
  4. Samenwerking met de onderzoekswereld

Kenmerkend aan het format van een lerend netwerk is dat we het programma niet op voorhand dichttimmeren. De contouren van de sessies zijn bepaald, maar samen met de deelnemers zullen we elke sessie verder vormgeven. Het belooft zeer boeiend te worden: inzichten, werkpunten en aanbevelingen worden via de website gedeeld. Wordt vervolgd!

Meer lezen?

 

Foto: Engin Akyurt via Pixabay

Alexander Vander Stichele