NISE – Nationalistische Intermediaire Structuren in Europa. Een werkinstrument voor het onderzoek naar de transnationale en interculturele kenmerken van de nationale en regionale bewegingen in Europa - fase 2

 

- Algemeen

 

Het NISE-project wil een werkinstrument aanreiken voor de comparatieve historiografie van de nationale bewegingen in Europa. Het wil daarbij drie soorten doelstellingen realiseren: historiografisch, heuristisch en archivalisch. Voor elke doelstelling speelt het databestand de centrale rol.

 

Met behulp van een databank zullen parallellen en fundamentele verschillen in de evolutie en de organisatie kunnen gedetecteerd worden. Het project wil daardoor de geschiedschrijving stimuleren rond de intermediaire structuren en de daarmee verbonden personen van de nationale bewegingen in Europa vanaf eind 18e eeuw. De focus ligt daarbij op de transnationale aspecten. Comparatieve geschiedschrijving toont daarbij alternatieven, waardoor de betekenis van een bepaalde ontwikkeling duidelijker wordt; de variabelen die verantwoordelijk zijn voor lokale varianten kunnen beter geïsoleerd worden; en ten slotte worden daardoor historische veralgemeningen mogelijk. Het fundamenteel belang van een vergelijkend perspectief ligt in het belichten van structurele en culturele elementen: we kunnen gelijkaardige krachten en processen ontwaren in een verschillende nationale context. Hypothesen, bv. over het effect op een fenomeen van een bepaalde omstandigheid, kunnen door vergelijking met een andere context getoetst worden. Daarbij kan ook de impact van specifieke variabelen (cultuur, economie, transnationale tendensen) onderscheiden worden net als de factor die het zwaarst doorweegt in processen en gebeurtenissen (bv. identieke economische structuren in cultureel zeer verschillende omgevingen).

Daarbij aansluitend wil NISE een tool aanbieden voor de heuristiek ter zake. Met behulp van de online databank zal de onderzoeker voor elke nationale en regionale beweging beschikken over twee soorten gecontroleerde en geannoteerde heuristische gegevens. Het betreft enerzijds een selectieve lijst van bibliografische referenties aan wetenschappelijke publicaties rond de beweging en de daarmee verbonden intermediaire structuren en personen. Anderzijds wordt een overzicht geboden van de belangrijkste erfgoedgehelen ter zake, incl. gegevens over de vindplaats en de beschikbare toegangen. Het NISE-project wil daartoe een gegevensbank en helpdesk ontwikkelen met informatie betreffende de uitgegeven en onuitgegeven bronnen voor de studie van de intermediaire structuren van de nationale bewegingen in Europa vanaf eind 18e eeuw.

Het NISE-project wil ten slotte een doorslaggevende bijdrage leveren tot de bewaring en ontsluiting van het erfgoed van en over de nationale bewegingen in Europa. NISE zal in eerste instantie zoveel mogelijk informatie bieden en aansluitend ook aan alle vormers en bewaarders op aanvraag advies bieden. Dat betreft de prospectie, de overdracht, de bewaring, de ontsluiting, de raadpleging door derden enz. Bovendien zal NISE zelf initiatieven kunnen ontwikkelen om bronnen als het ware ‘op het droge’ te brengen en te valoriseren. Daarbij dient NISE ook de mogelijkheid te bieden actieplannen op te stellen voor de gestructureerde en gecontroleerde verzameling, bewaring, ontsluiting en terbeschikkingstelling van de desbetreffende historische en actuele bronnen.

Voor opzet en uitwerking van het project, zie de publicaties L. Boeva, Rien de plus international. Naar een comparatieve en transnationale historiografie van nationale bewegingen, Antwerpen, ADVN, 2009 of L. Boeva, Rien de plus international. Towards a comparative and transnational historiography of national movements, Antwerp, ADVN, 2010

 

- Specifiek

De bedoeling van deze fase in het project was de ontwikkeling van het databestand in een wetenschappelijke omgeving, gefaciliteerd door zowel moderne als meer traditionele communicatiemiddelen, om de weg te effenen voor de operationalisering van het project tijdens de volgende fase (en de uitvoering van projecten binnen het NISE-kader door middel van Europese subsidieprogramma's).

Projectresultaten

 

Het afgelopen jaar werden de pijlers van het project ontwikkeld: de totstandkoming van een operationeel en performant databestand en de organisatie van de in- en uitvoer, onder meer langs de uitbouw van een Europees netwerk van instellingen en via het plannen en entameren van bilaterale en multilaterale projecten; het consolideren van de wetenschappelijke omgeving, met de tweede vergadering van de internationale Scientific Council; de organisatie van de eerste conferentie c.q. de inrichting van een Ronde Tafel van erfgoedinstellingen; de voorbereiding van de internationalisering van het wetenschappelijk tijdschrift Wt; de bevestiging en het gebruik van de communicatiemiddelen (website, nieuwsbrief); de voorbereiding van de inschakeling in een Europees programma. Voor de uitbouw en de uitvoering van het NISE-project, werden door het Coördinatiecentrum (CC) een projectcoördinator, een informaticamedewerker en een wetenschappelijk medewerker ingeschakeld (ad hoc aangevuld door ADVN-medewerkers).

De specifieke doelstellingen opgelijst bij de planning werden daarbij in grote mate verwezenlijkt.

Onder meer de opgebouwde contacten in de academische wereld en in de erfgoedsector in Europa, de incorporatie van het databestand in ODIS en van het coördinatiecentrum in het ADVN en de verschillende historiografische, archivalische en heuristische initiatieven in het kader van het project, zorgen er voor dat NISE zich verder kan ontwikkelen, ook na de volgende fase, langs onder meer Europese programma’s, tot een bestendig werkinstrument voor (de wetenschappelijke studie van) het immateriële en materiële erfgoed van de nationale en regionale bewegingen in Europa.

Voor de activiteiten zie o.m. de nieuwsbrief NISELetter, voor fase 2 meer bepaald nrs. 2 en 3

Partnerorganisaties

 

Instellingen: Abertzaletasunaren Agiritegia, Artea-Spanje; The Association for the Study of Ethnicity and Nationalism (ASEN), Londen-Verenigd Koninkrijk; Centre for Advanced Study (CAS), Sofia-Bulgarije; Centre Internacional Escarré per a les Minories Etniques i les Nacions (CIEMEN), Barcelona-Spanje; Fonds d’Histoire du Mouvement Wallon (FHMW), Luik-België; Fryske Akademy (FA), Leeuwarden-Nederland; Institut za nacionalna istorija (INI), Skopje-Macedonië; Lietuvos istorijos institutas (LII), Vilnius-Litouwen; Nationalism Studies Program (Central European University), Boedapest-Hongarije; Sámi Arkiiva (SA), Kautokeino-Noorwegen; Serbski Institut (SI), Bautzen-Duitsland; Tresoar, Leeuwarden-Nederland; Welsh Nationalism Foundation, Cardiff-Verenigd Koninkrijk; The Welsh Political Archive (WPA), Aberystwyth-Verenigd Koninkrijk;

Projecten: Study Platform on Interlocking Nationalisms (SPIN), Amsterdam-Nederland

Leden stuurgroep

 

Prof. dr. Peter Aronsson - Linköping universitet, Norrköping (Zweden); Prof. dr. Stefan Berger - University of Manchester, Manchester (Verenigd Koninkrijk); Prof. dr. Marnix Beyen - Universiteit Antwerpen (UA), Antwerpen (België); Prof. dr. John Breuilly - London School of Economics (LSE), Londen (Verenigd Koninkrijk); Prof. dr. Todor Čepreganov - Institut za nacionalna istorija (INI), Skopje (Macedonië); Prof. dr. Bruno De Wever - Universiteit Gent (UG), Gent (België); Prof. dr. Miroslav Hroch - Univerzita Karlova, Praag (Tsjechische Republiek); Prof. dr. James Kennedy - University of Edinburgh, Edinburgh (Verenigd Koninkrijk); Dr. Chantal Kesteloot - Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Maatschappij (SOMA), Brussel (België); Johannes Koll - Vienna University of Economics and Business, Wenen (Oostenrijk); Prof. dr. Joep Leerssen - Universiteit van Amsterdam (UvA), Amsterdam (Nederland); Prof. dr. Alexey Miller - Institute of Scientific Information for Social Sciences of the Russian Academy of Science (ISISS RAS), Moskou (Russische Federatie); Prof. dr. Anton Pelinka, Central European University (CEU), Boedapest (Hongarije); Prof. dr. Philippe Raxhon - Université de Liège (ULg), Luik (België); Prof. dr. Alan Sked - London School of Economics (LSE), Londen (Verenigd Koninkrijk); Prof. dr. Anne-Marie Thiesse - Centre national de la recherche scientifique (CNRS), Parijs (Frankrijk); Dr. Marius Turda - Oxford Brookes University, Oxford (Verenigd Koninkrijk); Prof. Enric Ucelay-Da Cal - Universitat Pompeu Fabra, Barcelona (Spanje); Dr. Maarten Van Ginderachter - Universiteit Antwerpen (UA), Antwerpen (België); Prof. dr. Frans-Jos Verdoodt - ADVN / Universiteit Antwerpen (UA), Antwerpen (België); Prof. dr. Louis Vos - KULeuven, Leuven (België)

Praktische info

Looptijd van
Organisatienaam
Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN)
Contactpersoon
Luc Boeva
Adres
Lange Leemstraat 26, 2018 Antwerpen
Telefoon
03-225 18 37
Financieringsbron(nen)

 

Subsidie van de Vlaamse Gemeenschap binnen het Cultureel-erfgoeddecreet + middelen uit eigen werking, sponsoring en inkomsten uit verkoop.