Internationale tentoonstelling "De erfenis van Karel de Grote 814 - 2014. Eenheid en Verscheidenheid in Europa"

• Concept
Het project behelsde een toptentoonstelling over een actueel onderwerp, namelijk wat betekent Europa voor ons vandaag? En wat zegt het verleden ons over Europa?
De tentoonstelling beoogde actuele, prangende vragen en discussie te stimuleren rond het ‘Idee Europa’; lokale, regionale, nationale en Europese identiteit; de rol van cultuur in het ‘Huis van Europa’ en het spanningsveld ‘Eenheid in Verscheidenheid’. Het project wilde een nieuwe kijk op Europa geven met als aanknopingspunt de erfenis van Karel de Grote van ruim duizend jaar geleden. Deze erfenis heeft tot op de huidige dag nog steeds actuele betekenis voor het Europese beleid. De iconische figuur van Karel de Grote, de moderne manier van tentoonstellingpresentatie en de bijdragen van andere landen van Europa boden aan deze tentoonstelling mogelijkheden om een breed publiek te bereiken, als eerste in Vlaanderen en daarna ver buiten de grenzen van België.

• Achtergrond
Op 28 januari 814 stierf Karel de Grote, een van de meest markante historische figuren van Europa. Bij het Verdrag van Verdun in 843 werd het rijk van Karel de Grote verdeeld onder zijn drie kleinzonen. Het Karolingische Europa werd opgesplitst in Francia Orientalis, het latere Duitsland, Francia Occidentalis, het latere Frankrijk en Francia Media, het Karolingische Middenrijk dat zich tussen beide machtsblokken in bevond. Die verdeling legde de grondslag voor het huidige Europa. Omdat de tentoonstelling juist de overbrugging van het Karolingische verleden tot nu wilde maken, werd dan ook als titel gekozen: “De erfenis van Karel de Grote 814-2014”.

De Europese middenstrook van Francia Media vormde zowat 1100 jaar geleden een centrale eenheid en strekte zich uit van de Noordzee tot de Middellandse Zee, van Friesland tot Vlaanderen, Italië, Slovenië en Kroatië. Het was de belangrijkste noord-zuidverbinding op het vlak van cultuur, communicatie, technologie en economie in het vroegmiddeleeuwse Europa. In deze transitzone werden de Romaanse, Germaanse en Slavische wereld met elkaar geconfronteerd, met als gevolg een grote culturele diversiteit die onder andere blijkt uit een rijke verscheidenheid van talen. Jammer genoeg bereikten ook nationalistische conflicten in dit gebied een dramatisch hoogtepunt in de 20ste eeuw.

Tot op de dag van vandaag is het historisch gebied van Francia Media van grote betekenis binnen Europa. Het wordt gekenmerkt door een intensieve verstedelijking, een grote culturele differentiatie en een sterk ontwikkeld bedrijfsleven. Hier ligt de economische ruggengraat van Europa. Het was ook hier dat na de Tweede Wereldoorlog de 'Europese Gedachte' werd gelanceerd. De landen die in 1957 het Verdrag van Rome ondertekenden, maakten alle geheel of gedeeltelijk deel uit van het Francia Mediagebied. De bestuurscentra van de Europese Unie, zoals Brussel, Straatsburg of Luxemburg, bevinden zich in het noordelijke gebied van Francia Media dat vroeger als Lotharingen bekend stond, het stamland van de Karolingers.

• Inhoud
Vertrekkend vanuit het Francia Mediagegeven werd de verscheidenheid van gemeenschappen duidelijk gemaakt door bijvoorbeeld te wijzen op de verschillen in geografie, klimatologie, landschap, politieke structuren, bestuurs- en taalgrenzen. Hiertoe was de blik niet enkel gericht op het eigenlijke Francia Mediagebied, maar werd ook een deel van Centraal-Europa bij het geheel betrokken.

De machthebbers van toen streefden naar meer eenheid in die sterk verschillende en van zichzelf bewuste gemeenschappen. Behalve hun bestuursbeleid gebruikten zij ook culturele hefbomen om toch een bepaalde 'samenhorigheid' te realiseren. Onder meer het gebruik van het Latijn als officiële taal, de verspreiding van het christendom als spirituele koepel van het maatschappelijk leven en het teruggrijpen naar de antieke cultuur als inspiratiebron voor artistieke verwezenlijkingen op diverse vlakken.

Hoe belangrijk het Francia Mediathema ook moge wezen, die historische fase alleen volstond uiteraard niet om de complexe impact van het Eenheid-Verscheidenheid-verleden op het huidige Europa begrijpelijk voor te stellen. Een contextduiding van wat er voor en na de Francia Mediaperiode (843-1033) gebeurde, was dan ook een vanzelfsprekende noodzaak.

• Uitwerking
De tentoonstelling was van hoge kwaliteit en impact. Hierbij werken de partners in het Europese project “Cradles of European Culture” (CEC) samen, niet alleen in conceptontwikkeling, maar ook bij de inhoudelijke uitwerking en het in bruikleen geven van topstukken en de logistiek. Dit maakt dat in totaal 9 Europese landen bij het tentoonstellingsproject zijn betrokken (Nederland, Duitsland, België, Frankrijk, Italië, Slovenië, Kroatië, Tsjechië en Slovakije). Het CEC-project biedt verder ook het  organisatorisch kader voor de tentoonstelling. Zo reist de tentoonstelling ook naar andere landen, zijn er kleinere educatieve tentoonstellingen op een aantal plekken in Europa te zien en sluiten de tentoonstelling en de sites langs de Francia Media erfgoedroute van het CEC-project op elkaar aan.

De tentoonstelling wordt feestelijk en met de nodige internationale media-aandacht op 9 mei 2014 – de Dag van Europa - geopend in het Provinciaal Erfgoedcentrum Ename. Ze liep t/m 30 november 2014.

o Catalogus
Bij de tentoonstelling hoorde een publicatie, een prachtig geïllustreerd boek dat de Europese geschiedenis benadert vanuit de invalshoeken die in bovengenoemde inhoudsstructuur werden aangeduid. De basisgegevens steunen op recent wetenschappelijk onderzoek.

o Francia Media Erfgoedroute
Ten slotte ontwikkelde het CEC-project een Europese "erfgoedroute Francia Media". Kernonderdelen van de tentoonstelling werden in de interpretatiecentra van erfgoedsites in negen andere Europese landen opgenomen. Hierdoor wordt gegarandeerd dat de resultaten van de tentoonstelling duurzaam verankerd blijven.

Projectresultaten

Het doel van de tentoonstelling was om inzicht te stimuleren in enkele wezenlijke vragen: waarom is er een Europa? Wat was en is het nut en de noodzaak ervan? Welke (historische) rol speelde en speelt nu nog cultuur hierin?  Dit werd bereikt door o.a. een publiek debat op gang te brengen over de mogelijke betekenis en het nut voor vandaag van culturele mechanismen die ten tijde van Francia Media operationeel waren. Confrontatie met de erfenis van Karel de Grote speelde hierin een stimulerende rol. Belangrijk hierbij was dat het  gebruik en misbruik van het verleden bijna constant aandacht kreeg.

Het feit dat de tentoonstelling in Ename gelinkt was aan die in Tsjechië, Italië en Frankrijk en aan negen andere erfgoedsites over heel Europa, zet het evenement bijna structureel in een breed Europees kader.

We wilden het brede publiek (o.a. toeristen, studenten, heemkundigen, liefhebbers van cultuur en geschiedenis) meer inzichten doen krijgen in de moeilijke wording van Europa. Rondleidingen met achteraf kritische debatten, studiedagen (academies) van bv. het Davidsfonds, seminaries met universiteitsstudenten, met leerlingen uit de humaniora’s, bewezen dat het begrip Europa na het bezoek aan de tentoonstelling op een andere wijze werd geconcipieerd dan voorheen. Het feit dat er intens werd gediscussieerd bewijst dat “De erfenis van Karel de Grote” zijn doel had bereikt.

De tentoonstelling resulteerde ook in de publicaties van o.a. Openbaar Kunstbezit Vlaanderen en het boek “De erfenis van Karel de Grote 814-2014”: die zorgen voor het verder leven van de expositie. Daarnaast is de tentoonstelling ook een inspiratiebron voor de ontwikkeling van een nieuwe Europese organisatie “Biographies of European Heritage Association” (BEA). Het verhaal dat in de expositie werd gebracht, wordt gekenmerkt door een biografische aanpak: feiten uit het verleden, gebruik en misbruik van cultuur en geschiedenis werden benaderd vanuit diverse invalshoeken, gespreid over een periode van 2000 jaar. Deze aanpak werd door het publiek bijzonder gesmaakt. Vandaar dat deze benaderingswijze verder wordt uitgewerkt binnen de nieuw op te richten organisatie BEA. Een duurzaam resultaat dus van de expositie.

Het pam Ename bereidt een educatief programma voor dat deel zal uitmaken van het permanente educatief aanbod voor het publiek (vooral scholen, maar ook individuelen).

Ten slotte was er de medewerking aan de verdere uitbouw van de Francia Media erfgoedroute met o.a. de internationale website. Elke site liet daarbovenop uniforme roll ups maken en stellen die tentoon op de resp. sites.

Partnerorganisaties

Als een van de twee hoofdonderdelen van het Europese CEC-project is de tentoonstelling een schoolvoorbeeld van succesvolle internationale samenwerking en uitwisseling. De negen partnerlanden in CEC hebben o.a. via de halfjaarlijkse workshops een wezenlijke bijdrage geleverd aan de conceptontwikkeling en concretisering van de tentoonstelling.

In een werkgroep voor de tentoonstelling van het CEC-project, samengesteld uit vertegenwoordigers uit verschillende landen, was op de ‘werkvloer’ regelmatig contact over inhoudelijke en organisatorische zaken.

Door het reizende karakter van de tentoonstelling in drie andere landen ontstond de nodige uitwisseling van expertise en een brede communicatie in deze landen. Dit aantal landen werd uitgebreid doordat de kerngedachte van de tentoonstelling ook opgenomen wordt in de Francia Media Erfgoedroute in 10 landen.

Partners in het CEC-project:

1. België
• Provinciaal Archeologisch Museum Ename – Oudenaarde
• Provinciaal Archeologisch Museum Velzeke – Zottegem
• Ename Expertisecentrum voor Erfgoedontsluiting – Ronse
• Université Libre de Bruxelles – Bruxelles
• Vrije Universiteit Brussel – Brussel
• Service public de Wallonie Direction de l'Archéologie – Jambes
• Culture Lab, International Cultural Expertise – Brussel

2. Duitsland
• Römisch-Germanische Kommission – Frankfurt am Main
• Museum an der Kaiserpfalz - Ingelheim

3. Frankrijk
• Université de Provence – Aix-en-Provence
• Université de Reims-Champagne-Ardenne – Reims
• Université de Lorraine Nancy 2 – Nancy

4. Italië
• Istituto per i beni artistici, culturali e naturali della Regione Emilia Romagna – Bologna
• Università degli Studi di Padova - Padua

5. Kroatië
• University of Rijeka, Faculty of Humanities and Social Sciences – Rijeka
• Museum of Croatian Archaeological Monuments – Split

6. Nederland
• Gemeente Nijmegen, Directie Grondgebied, Stadsontwikkeling, Archeologie en Monumenten – Nijmegen
• Museum Het Valkhof – Nijmegen
• Institute for the Heritage and History of the Cultural Landscape and Urban Environment (CLUE) – Amsterdam
• Leiden University, Art History Department – Leiden
• Heritage Solutions – Oudenbosch

7. Slowakije
• Monument Board of the Slovak Republic - Bratislava

8. Slovenië
• Institute for the Protection of Cultural Heritage of Slovenia (ZVKDS) – Ljubljana

9. Tsjechië
• Institute of archaeology/Academy of Sciences, Czech Republic – Prague
• Narodni Museum - Prague

Leden stuurgroep

Naast de leden van het CEC-project, die het totale project behartigden, was er ook een lokale projectorganisatie, specifiek voor de tentoonstelling in Ename. De expo kwam tot stand door de drie CEC-hoofdpartners (kernteam): pam Ename, pam Velzeke en de vzw Ename Expertisecentrum. De afspraken die werden gemaakt i.v.m. inhoudelijke invulling, financiering, vormgeving expositie en educatieve werking werden alle nagekomen. Daarbij aansluitend werd een internationale "werkgroep tentoonstelling" opgezet met als leden: Dirk Callebaut (BE), Kurt Braeckman (BE), André Constant (FR), Maria Pia Guermandi (IT), Špela Karo (SI), Jana Maríková-Kubková (CZ), Patrick Monsieur (BE), Hettie Peterse (NL), Nina Schücker (DE), Silvia Urbini (HR), Marie-Claire Van der Donckt (BE), Marga Bonte (BE), Louise Fredericq (BE), Marina Vicelja (HR).

Ten slotte was er ook een beschermcomité, bestaande uit:
- Herman van Rompuy, Voorziter van de Raad van Europa en Voorzitter van het Erecomité
- Kris Peeters, Minister-president van de Vlaamse Regering
- Geert Bourgeois, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand
- Joke Schauvliege, Vlaams minister bevoegd voor Cultuur
- Eckart Cuntz, Duits ambassadeur te Brussel
- Bernard Valero, Frans ambassadeur te Brussel
- Horst van Cuyck, stichter van Diomedes AG

Praktische info

Looptijd van
Organisatienaam
Provinciaal Archeologisch Museum (pam) Ename
Contactpersoon
Marie-Claire Van der Donckt
Adres
Lijnwaadmarkt 20 9700 Oudenaarde-Ename
Telefoon
055 30 90 40
Financieringsbron(nen)

* Europa
* provincie Oost-Vlaanderen
* Vlaanderen
* sponsoring