Het korset maakt normaliter deel uit van het damesondergoed, maar in de 19de eeuw werd het soms ook gedragen door dandy's. Voor het korset ontstond, bestond er in de 15de en 16de eeuw het zogenaamde rijglijfje, een stoffen voorloper van het huidige korset.

Door de soms extreme vormen van de korsetten gebeurde het dat vitale organen van de vrouw verschoven en geplet werden. Dit was onder andere het geval voor het middenrif. Een korset maakt slanker maar het dragen er van gaat ten koste van de beschikbare longinhoud. Zwangere dames droegen een speciaal korset, maar stelden dit zo lang mogelijk uit. Vele dames vielen flauw door het dragen van deze oncomfortabele korsetten en designers gingen dan ook snel op zoek naar een nieuwe stijl. Als reactie op de misvorming van veel dames werd later het gezondheidskorset gemaakt .

Vele jonge dames droegen al sinds hun jonge jaren een korset om hun taille zo snel mogelijk onder controle te hebben. Voor de Tweede Wereldoorlog was het dragen van een korset een gewone zaak. Hoe smaller de taille; hoe sneller van de straat. Alleen de hoogste klassen konden zich een luxueuze uitvoering permitteren met kant en borduurwerk. De armere dames moesten zichzelf maar zien te helpen.

Leestip: Van Beurden Leontien, Over mode en mensen: tien eeuwen kostuumgeschiedenis, Nijmegen, SUN, 1994, 216p