Projectoproep Nederlands oefenen voor anderstaligen

De voorbije jaren waren er veel interessante initiatieven rond oefenkansen Nederlands voor anderstaligen. Oefenkansen kan u overal creëren. Daarom lanceert het Agentschap Integratie en Inburgering (AgII) in samenwerking met de stedelijke agentschappen In-Gent en Atlas, het Huis van het Nederlands Brussel (HvN Brussel) en vzw ‘de Rand’ de projectoproep ‘Nederlands oefenen’.

De maximale subsidie per project bedraagt 50.000 euro voor de hele looptijd van het project. De projectsubsidie is eenmalig voor een projectduur van minimaal 12 tot maximaal 22 maanden. De geselecteerde projecten starten op 1 september 2017. Enerzijds zoekt men naar projecten die de bestaande methodieken rond oefenkansen verbeteren, verspreiden en duurzaam maken. Anderzijds zoekt men nieuwe projecten die andere organisaties kunnen inspireren. Enkel feitelijke verenigingen en formele aanbieders van cursussen Nederlands als tweede taal (centra voor volwassenenonderwijs, centra voor basiseducatie en universitaire talencentra) kunnen zelf geen aanvraag indienen.

Opdracht

Werk kwaliteitsvolle oefenkansen Nederlands voor anderstaligen uit, die bijdragen aan het niet-formeel leren. Niet elke activiteit die plaatsvindt met anderstaligen is een oefenkans. Er is sprake van een oefenkans Nederlands als:

  • de ontwikkelde methodiek of het inzetten van het ontwikkelde product opgezet is met als hoofddoel Nederlands te oefenen in een zo authentiek mogelijke context;
  • de deelnemers er bewust en vrijwillig voor kiezen om Nederlands te oefenen en daarom deelnemen aan de activiteiten;
  • de activiteiten buiten de lescontext plaatsvinden zonder dat taalontwikkeling wordt getest en zonder dat er certificaten worden afgeleverd.


Kwaliteitscriteria

De vooropgestelde kwaliteitscriteria zijn:

  • Werk op maat van de anderstalige en vraaggericht. Het is belangrijk dat de aanvrager op de hoogte is van de interesses van de anderstaligen, zodat de oefenkans daarop kan inspelen.
  • Zorg voor een goede inbedding in de maatschappij: een oefenkans die ingebed is in de maatschappij en linken legt naar andere organisaties, activiteiten … verhoogt de kans op verankering.
  • Ga voor authenticiteit en functionaliteit: de deelnemers oefenen Nederlands in situaties die zo authentiek mogelijk zijn. De taal die de deelnemers oppikken is functioneel en meteen inzetbaar in het dagelijkse leven.
  • Creëer een veilige context: de deelnemers moeten zich veilig voelen om Nederlands te oefenen, om te durven spreken en om fouten te durven en te mogen maken.
  • Ondersteun de Nederlandstalige gesprekspartners, aangezien zij deel uitmaken van de methodiek. Wie ze zijn, welke rol ze spelen en hoe ze ondersteund worden, bepaalt de kwaliteit van de oefenkans in niet-formeel leren..
  • Stem de methodiek af op de spreekvaardigheid van de deelnemers. Als mensen met verschillende taalvaardigheid deelnemen, dan moet de methodiek daarop inspelen, zodat deelnemers met een lager taalniveau de oefenkansen van deelnemers met een hoger taalniveau niet beperken en vice versa.
  • Stem de methodiek af op het opleidingsniveau (van ongeschoold tot hooggeschoold) en de zelfredzaamheid van de deelnemers of speel binnen één methodiek in op diversiteit in opleidingsniveau en zelfredzaamheid.
  • Herhaal de activiteiten: om de spreekdurf of het taalniveau te verhogen is het belangrijk dat de oefenkans niet eenmalig plaatsvindt, maar bijvoorbeeld wekelijks herhaald wordt.


In de projectoproep zelf leest u meer over de kwaliteitscriteria en de regionale noden waarmee subsidie-aanvragers best rekening kunnen houden.

Voor wie?

De projectoproep richt zich breed. We aanvaarden projectaanvragen van:

  • verenigingen met rechtspersoonlijkheid of verenigingen die erkend zijn door een openbare overheid, publieke of private instellingen, op individuele basis of in samenwerking met een openbare overheid;
  • openbare besturen en overheidsinstellingen;
  • steden, gemeenten en OCMW's;
  • onderwijsinstellingen (bv. basisscholen, secundaire scholen, hogescholen, universiteiten,…);
  • cultuurinstellingen (bv. autonome gemeentelijke bedrijven, autonome provinciale bedrijven, stichtingen met publiek recht, vzw’s,…);
  • private ondernemingen (bv. bedrijven, zorginstellingen,…).


Samenwerking wordt aanbevolen.

Timing

De oproep staat open van 15 februari 2017 tot 30 april 2017. De geselecteerde projecten starten op 1 september 2017 en eindigen ten laatste op 30 juni 2019. Ze duren minstens 12 maanden.

Infosessies

Over deze projectoproep worden enkele regionele infosessies georganiseerd.

Formulieren

De aanvraagformulieren en sjablonen vindt u op de website van de oproep.

Katrijn Dhamers