Het Zelfportret van Rubens uit het Rubenshuis en de Dulle Griet van Bruegel uit het Museum Mayer van den Bergh verlaten in de loop van januari uitzonderlijk Antwerpen en zullen pas in 2018 weer te zien zijn. Beide topstukken krijgen in Brussel een zorgvuldige restauratie door het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium om vervolgens te kunnen schitteren tijdens het geplande barok- (2018) en Bruegeljaar (2019) in Antwerpen.

Het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium zal eerst een technisch onderzoek uitvoeren alvorens van start te gaan met de restauratie. Het instituut ontfermde zich eerder over o.m. De aanbidding van het Lam Gods van de gebroeders Van Eyck. De resultaten van het onderzoek en de volledige rapporten over de behandeling kunt u bekijken op de projectwebsite Closer to Van Eyck.

Het Zelfportret van Rubens en de Dulle Griet van Pieter Bruegel werden al eerder onder de loep genomen. In 2012 onderzocht de Universiteit Gent de Dulle Griet door macrofotografie, infrarood- en röntgenopnames. Dit bracht een gedetailleerd beeld van de ondertekening en de oorspronkelijke kleuren van het schilderij aan het licht. In 2014 werd Rubens' Zelfportret door de National Gallery in Londen onderzocht. Toen bleek onder meer dat de vernislaag van het schilderij erg complex is samengesteld.

In de aanloop naar de restauratie organiseren het Rubenshuis en het Museum Mayer van den Bergh in tussen 6 december en 15 januari een reeks workshops, rondleidingen en lezingen onder de titel Rubens op reis met Dulle Griet. Meer informatie vindt u op de website van Stad Antwerpen.