Uit de praktijk | Muziek als meerwaarde - Watteau, Zurbarán en Rubens

Cover van het Rubens-album

“Steeds vaker glipt muziek de musea binnen, vermomd als sound art, verstopt in een installatie of geïsoleerd gebracht in de zeldzame concertzaal van een museum. Kunnen we ons een museum voorstellen waarin muziek een volwaardige partner wordt van de beeldende kunst, maar ook van film, dans en andere disciplines?” Dat vroeg publicist Floris Solleveld zich af in ‘Muziek in het museum’, een artikel in rekto:verso.

Een instelling die hier expliciet voor kiest, is het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel. De jongste jaren werden drie tentoonstellingen vergezeld van telkens zowel een cd als een concertprogramma. Zo was er in 2013 de tentoonstelling over Antoine Watteau (1684-1721), de Franse rococokunstenaar die zowel met zijn schilderijen als met zijn tekeningen liefdesscènes, poëzie en fantasierijke momenten evoceerde in allerlei natuurdecors. De expo ging vergezeld van een compilatie-cd met opnames van muziek uit de tijd van Watteau en is bedoeld om de sfeer op te roepen van onder meer de salons van Pierre Crozat, een van Watteau's mecenassen. Daarna volgde begin dit jaar de expo Francisco de Zurbarán (1598-1664). Paul Van Nevel – oprichter van het Huelgas Ensemble, en bekend – sommigen menen berucht - omwille van zijn werk in de archieven – nam als uitgangspunt de vraag welke muziek de Spaanse schilder tijdens zijn leven zou gehoord hebben. De cd La Oreja de Zurbarán plaatste dus religieuze naast seculiere muziek.

En op dit moment loopt de expo ‘Sensatie en Sensualiteit. Rubens en zijn erfenis’, een coproductie met het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen en Royal Academy of Arts, London. Hetzelfde recept als bij Watteau: een cd en allerhande concerten.

We polsten bij BOZAR naar het hoe en waarom van deze aanpak. Filip Stuer, directeur Marketing & Communicatie, geeft antwoord op vier vragen.

Wat is de motivatie achter dit communicatie- en promotie-initatief?
Stuer: "BOZAR is een transversaal huis. Dat betekent dat er unieke dwarslijnen lopen doorheen de programmatie van de verschillende artistieke disciplines. Wanneer de gelegenheid zich daartoe leent, werken collega’s uit verschillende departementen samen. Dit jaar, tijdens de Rubens-tentoonstelling, was er een concertencyclus met muziek van componisten uit Rubens’ tijd. Idem voor de Watteau-expo van twee jaar geleden. De laatste drie jaar hebben die transversale kruisbestuivingen telkens geleid tot ook een cd per seizoen. Dit is dus niet louter een communicatie- en promotie-initiatief, maar een programmatorisch basiskenmerk van wat BOZAR anders maakt in het Belgische culturele landschap."

Heeft u zicht op de appreciatie van de bezoekers in de expo?
Stuer: "We doen hier af en toe korte enquêtes naar, en onze bezoekers appreciëren dit sterk. Deze appreciatie stijgt nog meer wanneer er een conceptuele of natuurlijke synergie is tussen tentoonstelling en muziek. Zo ging de expo rond Watteau over de aanwezigheid van muziek in zijn schilderijen, wat de muziek vanzelfsprekend centraal stelde in de beleving van de tentoonstelling. Ook bij Zurbarán, met zijn donker-dramatische scenografie, werkte de muziek sterk mee in de tentoonstellingservaring. Dit geldt zowel voor de liveconcerten in de tentoonstelling die we op donderdagavond organiseerden, als voor de cd-muziek die op andere momenten in de zalen klonk."
 
Zou u kunnen stellen dat muziekliefhebbers door de cd worden toegeleid naar de expo (en vice versa)?
Stuer: "Dat is niet helemaal eenduidig. Er is natuurlijk een mooie uitwisseling van tentoonstellingspubliek dat graag eens een volledig concert hoort met de beluisterde muziek, en vice versa. Maar daar is het ons niet noodzakelijk om te doen. We willen onze bezoekers vooral een besef meegeven dat hun culturele ervaring bij BOZAR, of het nu om een concert gaat of een tentoonstelling, een filmvertoning of een lezing, ingebed is of was in een bredere culturele context. We besteden daarom ook extra aandacht aan dergelijke transversale aspecten in de programmaboekjes voor concerten (met momenteel een maandelijks feuilleton waarbij schrijvers, met bijvoorbeeld Bart Moeyaert) schrijven over muziek uit ons lopend seizoen, en in de bezoekersgidsen bij tentoonstellingen."
 
Hoe evalueert u na drie cd’s het initiatief?
Stuer: "Absoluut positief. We zijn geen platenproductiemaatschappij, maar de cd’s zijn voor veel van onze bezoekers een blijvende herinnering aan een culturele ervaring bij BOZAR. Tussen twee haakjes, onze sponsors appreciëren het trouwens ook zeer sterk dat ze hun genodigden na afloop van het evenement een souvenirtje kunnen meegeven. In februari 2015 gaat de tentoonstelling 'Het Rijk van de Sultan' open (met als thema de Ottomaanse wereld tijdens de renaissance), en ook daar zijn we aan het kijken of er een cd gemaakt kan worden met vooraanstaande uitvoerders. Voor de grote Mondriaan-tentoonstelling die eraan komt binnen een jaar, denken we aan een jazz-cd die de invloeden van die muziek op de schilder Mondriaan illustreert. Een jaarlijkse cd is geen must voor ons, maar voorlopig ontbreekt het ons niet aan inspiratie!"

De expo ‘Sensatie en Sensualiteit. Rubens en zijn erfenis’ loopt nog t/m 4 januari in BOZAR. Floris Sollevelds artikel ‘Muziek in het museum’ vindt u op de website van rekto:verso.

Roel Daenen
publieksbemiddeling
klassieke muziek
communicatiestrategie
experience marketing
BOZAR