Cocreatie in het museum: onderzoeksrapport Publiek aan Zet

Wat als we het publiek radicaal carte blanche geven? Als we hen laten beslissen over het concept en de uitwerking van een tentoonstelling? Welke andere accenten leggen zij dan? En, wat kunnen we daaruit leren? Publiek aan zet zoekt het voor ons uit. Het verslag van hun eerste pilootproject 'DINGES' is nu beschikbaar.

Publiek aan zet - kortweg PAZ - is een samenwerkingsverband tussen Mooss, M-Museum Leuven en  Cera. Dit project wil de mogelijkheden van participatie binnen de context van de kunsten onderzoeken en zo duurzame veranderingen in de relatie tussen (kunst)instellingen en hun publiek veroorzaken.

Het eerste pilootproject was DINGES. Vier maanden lang ging een groep enthousiaste participanten in M aan de slag met de Cera-collectie. Hun doel: een tentoonstelling maken, hiervoor bemiddelingsinstrumenten ontwikkelen en erover communiceren. Het werd een verhaal met vallen en opstaan, waarin er veel samenhorigheid heerste onder de deelnemers, maar waarin externe factoren af en toe roet in het eten strooiden. Een onderzoekster van de Karel de Grote-Hogeschool volgde dit pilootproject. Haar onderzoeksrapport brengt het volledige proces in kaart, geeft de commentaren van de verschillende betrokkenen helder weer en formuleert leerijke aanbevelingen.

Zo is kiezen voor cocreatie echt een bijzonder radicale optie. Het betekent immers dat het publiek volledig aan zet is, en alle beslissingen neemt zonder sturing vanuit het museum. En dat levert keuzes op die professionals niet altijd even goed kunnen waarderen. Omdat ze botsen met hun kwaliteitseisen. En hun verwachtingen. Het rapport formuleert daarom de volgende aanbevelingen:

  • Bepaal de mate waarin u participatie wil toelaten. Naast cocreatie bestaan er andere, minder radicale vormen, zoals advisering of consultatie (al blijft PAZ voor cocreatie gaan). 
  • Het zoeken naar de juiste balans tussen inhoud en participatie is de belangrijkste uitdaging. Bepaal vooraf duidelijk binnen welke grenzen de deelnemers kunnen participeren. Binnen dat kader moeten deelnemers het vertrouwen krijgen een eigen inbreng te doen.
  • Gedragenheid voor particiatie in het hele museum is heel belangrijk. Dit soort projecten mag zich niet beperken tot de publieksafdeling alleen, maar moet stevig verbonden worden met de andere medewerkers in het museum. En dat vraagt heel wat duidelijke afspraken.
  • Een goede coördinator is goud waard in zo'n traject. Iemand die onpartijdig is, en die erin slaagt om de gesprekken niet inhoudelijk te sturen, maar wel als een echte coach de vrijwilligers te blijven motiveren, ook als het moeilijk gaat.

Het rapport formuleert bovendien nog heel wat andere, praktische tips over bemiddeling, coördinatie en uitwerking van dit soort trajecten.

Het project DINGES bleek binnen M-Museum een hefboom om de visie op participatie te herbekijken, en om de plaats van samenwerking met het publiek opnieuw te bepalen. Het publiek bleek immers zeer gemotiveerd om een kijkje achter de schermen te nemen. En was bovendien vragende partij voor meer overleg met de curatoren.

Publiek aan zet en DINGES bouwen voort op The Participatory Museum van Nina Simon. Meer over dit werk, en andere voorbeelden van participatieve trajecten in Vlaanderen, kunt u hier vinden.

Jacqueline van Leeuwen
cocreatie
participate
PAZ